Sinds het voetbalseizoen 2014-2015 is in Antwerpen City Pirates Linkeroever (CPLO) actief, een nieuwe werking van City Pirates, een vzw die expliciet gaat voor etnisch-culturele diversiteit. In het tweede seizoen, de periode van dit actieonderzoek, telde CPLO 183 spelers tussen 6 en 16 jaar. Er zijn aan het begin van het seizoen drie beroepskrachten actief, van wie twee instaan voor de sociale werking (huisbezoeken, contacten met scholen en andere jeugdorganisaties, huiswerk- en studiebegeleiding). Dit actieonderzoek richtte zich vooral op ouderbetrokkenheid.
Het actieonderzoek streefde drie doelstellingen na.
Diversiteit en hoe die wordt ervaren. CPLO is een bijzonder diverse club, zo bleek, met twintig nationaliteiten bij de leden, en bij de ouders zelfs dertig (en wellicht meer). In één zin samengevat: de meeste spelers hebben de Belgische nationaliteit en een niet-Belgische herkomst. Naar schatting 80% van de spelers heeft een statuut ‘verhoogde tegemoetkoming’, wat wijst op een laag inkomen en dus op een kansarm gezin. Een aantal ouders gaf tijdens het World Café aan dat het multiculturele aspect van de club voor hen en voor hun kinderen een meerwaarde is.
Communicatie vanuit de club met de ouders is een uitdaging, omdat niet alle ouders Nederlands spreken – onderling zien zij dat niet als problematisch – en een aantal geen toegang heeft tot internet en dus tot de website van CPLO met daarop alle clubinformatie. Er werd later in het seizoen o.m. een sms-systeem ontwikkeld om de communicatie te verbeteren.
Interpersoonlijke praktijken van solidariteit. Het actieonderzoek zette in op het organiseren van ontmoetingsmomenten voor ouders en op de vraag wat zij als clubouder kunnen betekenen. Veel ouders zijn nieuw in de nieuwe club, en ook door onduidelijke verwachtingen en een gebrek aan kennis is er weinig betrokkenheid, hoewel de club wel nood heeft aan hun vrijwillige inzet. Maar er zijn obstakels: geen auto hebben (voor het vervoer), moeten werken in het weekend, te kansarm zijn om te betalen/bij te dragen voor een evenement… Bij het slotevenement kookten tien ouders mee, maar die groep blijft klein in verhouding tot het totale aantal.
De club zette een sociale werking op, zoals huiswerkbegeleiding, ondersteuning tijdens examens, contact met de betrokken scholen… Veel ouders vinden dat aanbod belangrijk en kiezen daarom zelfs voor deze club. Met een zevental gezinnen is door de maatschappelijk werker ook een begeleidingstraject opgestart.
Bronnen van solidariteit. Interdependentie en gedeelde normen en waarden. Het vervoer naar matchen is dus een probleem, zoals vermeld, omdat veel ouders geen auto hebben. Daar groeit uiteindelijk ook begrip voor en oplossingen worden elders gezocht.
CPLO kiest expliciet voor normen en waarden: diversiteit, discipline, respect, het belang van school… Ouders kiezen om deze reden ook voor de club en staan dus achter het sociaal project van City Pirates. Een minderheid uit zijn waardering ook door iets terug te doen voor de club.
Bronnen van solidariteit. Ontmoeting. Er waren tijdens het actieonderzoek diverse ontmoetingsmomenten. De trainingen zijn daar één van, maar het aantal ouders dat daarbij aanwezig blijft is laag, zeker bij oudere spelers. Dat heeft wellicht ook met de kwaliteit van de ruimtes te maken. Oudercomités worden in het begin van het seizoen maandelijks georganiseerd. Daar is een zeer diverse groep ouders aanwezig, en er is een grote taaldiversiteit. Ouders (of kinderen) vertalen voor elkaar. Na zo’n sessie blijven sommige ouders wat na.
Omdat het actieonderzoek inzette op ontmoetingen van ouders, werden er pogingen gedaan om ouders betrokken te maken bij de club en een evenement te organiseren. De diverse groep ouders die op een eerste World Café aanwezig waren, spraken de behoefte uit om elkaar te ontmoeten. Zij zijn ervan overtuigd dat ze mekaar mettertijd zullen leren kennen én dat de club hierin een grote rol kan en moet spelen: door een comfortabele kantine, door activiteiten en evenementen te organiseren en door aangename plekken om te supporteren. Die waren er nog niet. Het World Café zelf was ook zo’n moment van ontmoeting. Het slotfeest als idee uit het World Café moest uiteindelijk door de club zelf worden georganiseerd en er was een magere opkomst van de ouders. Het lijkt erop dat hen persoonlijk aanspreken het beste werkt om betrokkenheid te creëren, net als continuïteit.
Het belang van de plaats. De wijk heeft een lange voorgeschiedenis wat voetbal betreft. Een vorige club ging teloor mede door onervarenheid in de omgang met diversiteit en een veranderende samenstelling van de bevolking. De snelle stijging van het aantal leden bij CPLO wijst in elk geval op een lokale behoefte op Linkeroever (en ook in Antwerpen Noord, waar een aantal spelers woont). Nabijheid en bereikbaarheid is een grote troef in de ogen van de ouders, net als de inclusieve werking van CPLO (en discriminatie bij andere clubs). CPLO bereikt ook spelers van de twee kanten van de Charles de Costerlaan, wat andere (jeugd)organisaties nauwelijks lukt.
(Noot: CPLO kreeg bij de opstart terreinen en een bebouwing die ver van klaar waren en/of in slechte staat verkeerden. Dat maakte de beginperiode lastig. Het was weinig aantrekkelijk om er te komen en/of te blijven. Dat wijst nog eens op het belang van plaats als factor. Inmiddels kwam daar verbetering in.)
Leerprocessen. Voor ouders is het belangrijk dat CPLO inzet op leren: discipline, doorzetting, aandacht voor schoolwerk… Zij zien de club als een leerrijke omgeving voor hun kinderen, ook als het over respect voor diversiteit gaat. De gehanteerde dynamiek is vooral normerend (waarden en normen, ook vanuit de ouders die bv. willen dat de club de eigen regels strikt toepast) en verbindend: “Leren samenleven, daar draait het om,” aldus de voorzitter. Hij heeft het dan over de spelers, maar ook over de ouders en andere buurtbewoners. De club wil een gemeenschapsgevoel creëren, ook in de buurt. Het actieonderzoek wilde dat met de ouders doen, maar daar zullen meer tijd, meer initiatieven en een langer proces voor nodig zijn waardoor ouders zichzelf kunnen leren zien als actoren die zelf de gewenste verandering teweeg kunnen brengen. Het potentieel om hier solidariteit in diversiteit te creëren is in elk geval groot.
Het actieonderzoek heeft bij CPLO geleid tot reflectie, uitwisseling en extra input, en dat in een drukke opstartperiode die niet altijd ruimte liet voor veel denkwerk over de diversiteit bij de spelers, de voorgeschiedenis van voetbal op Linkeroever en de relatie tot de wijk. Het onderzoek riep ook vragen op, zoals de vraag waarom ouders die aanwezig waren bij het eerste City Parents World Café niet terugkwamen voor het tweede World Café.
Zijn er praktijken van solidariteit in diversiteit? Zeker, onder meer bij de kleine groep ouders die op de World Café-sessies en het slotfeest aanwezig waren. Veel ouders delen ook de waarden en normen van de diverse club en zien dat als een meerwaarde voor hun kind. Zij zijn solidair tegenover de club, en wellicht kan dat een voedingsbodem zijn voor meer onderlinge solidariteit. De verbindende dynamiek waardoor ouders een gemeenschap kunnen vormen, zal met de tijd nog moeten groeien, met als basiselementen ontmoeting, een prettige plek en leerprocessen over wat het betekent een ‘clubouder’ te zijn.